Afgelopen dinsdag was ik weer bij Paul. Het ging hem de laatste twee weken niet zo goed. Hij had de dagen ervoor weinig gegeten, terwijl hij normaliter veel eet. Toch wilde Paul blijven leven. Op dat punt was hij zeer duidelijk, maar dinsdag was hij meer in zichzelf teruggetrokken.
Myriam had de laatste tijd weinig geslapen en rond de lunch stelde ik voor dat zij een tijdje zou gaan rusten terwijl ik Paul eten zou geven en bij hem zou blijven. Het vloeibare eten slikte Paul goed door. Tussendoor checkte ik het zuurstofgehalte in zijn bloed met een saturatiemeter. 92 gaf deze aan, wat onder de omstandigheden prima is.
Direct na het eten maakte ik zijn mond schoon met een swap-stick met een beetje water. Gedurende het eten had Paul zijn ogen dicht, maar plotseling keek hij me aan. Op één of andere manier kreeg ik een raar gevoel door de manier waarop hij mij aankeek. Zijn saturatie was in korte tijd gekelderd naar 51. Ik geloofde m’n ogen niet en checkte het opnieuw bij een andere vinger. Zelfde waarde. Ik riep Myriam “het gaat niet goed met Paul”. Ze kwam direct naar beneden en zei dat ik hem naar voren moest trekken, zodat ik op z’n rug kon kloppen. Zij probeerde door op z’n buik te drukken de luchtweg vrij te maken. Er leek iets meer zuurstof in z’n bloed te komen, maar de waarde bleef laag. “Kun en wil je hem mond op mond beademing geven?” vroeg ze me. “Natuurlijk” en ik begon direct. De saturatie ging direct omhoog, maar zodra ik stopte ging het weer omlaag. Myriam belde de huisarts en die kwam vrij snel. Na zo’n 25 minuten gaven de huisarts en Myriam aan dat we hem mochten laten gaan. Ik wilde eerst niet stoppen met de beademing, maar ik wist dat ze gelijk hadden. Paul was klaar om te sterven. Ik stopte en werd overmand door emoties.
Rond 21 uur is Paul, in het bijzijn van familie, overleden terwijl de Damiaatjes van de Grote Kerk luidden. Paul is heengegaan nét voordat de stadpoorten van Haarlem gesloten waren. De huisarts is langsgekomen om e.a. af te handelen en later die avond is Paul door de begrafenisondernemer opgehaald.
Myriam gaf aan, dat ik het niet nodig was, dat ik zou blijven. Ze redde zich wel. Rond middernacht ben ik naar huis gereden. In de auto probeerde ik bij m’n gevoel te komen. “Ben ik verdrietig? Ben ik opgelucht voor Paul?” Een mix van gevoelens, maar vooral dankbaarheid. Dankbaar dat ik Paul en Myriam heb leren kennen. Een stel, dat intens van elkaar hield. Dankbaar dat ik op mijn manier iets heb mogen betekenen. A.s. dinsdag is de begrafenis en daarna zullen we in een restaurantje om de hoek proosten op het leven. Het leven waar Paul zo van hield.
Ik schreef vaak over hem, maar twijfelde of ik deze blog zou schrijven. Het proces rond het overlijden is zeer intiem. Toch wilde ik de periode met Paul en Myriam op een waardige manier afsluiten en heb alleen mijn ervaringen beschreven.
Precies één jaar en 9 maanden kwam ik elke dinsdag bij hen. En elke dinsdag, als ik naar huis ging, zei ik “Paul het was me een waar genoegen je weer te zien”.
Rust zacht, mooie, lieve, aimabele man!