Vandaag heb ik een kennismakingsgesprek gehad met een puber en z’n vader.
Geen ‘gewone’ puber, maar eentje die niet de hele dag op z’n smartphone kijkt, die je vaak aankijkt en naar je lacht, die niet klaagt, die graag naar musea gaat, die het fantastisch vindt om samen met je te gaan fietsen en wandelen.
Het klinkt als dé ideale puber. Oké, hij kan niet lopen of zelfstandig rechtop zitten en nee hij kan niet zelf douchen en zich aankleden. Ook kan hij niet praten, maar hij kan zoveel wel. Het is een schat van een jongen, die eerst een beetje verlegen was, toen zijn vader mij aan hem voorstelde. Hij ontweek me een beetje. Ik liet hem met rust, maar merkte dat hij af en toe naar me keek. Ik raakte zijn hand af en toe aan of pakte een vinger. Daarna liet ik hem weer even met rust.
Via iemand uit mijn ICT netwerk ben ik met hem in contact gekomen. Hij woont in een woongemeenschap. Mijn ervaring met een tillift en sondevoeding komen goed van pas.
Ik had nog twee vrijdagen per maand over in mijn agenda en heb besloten om het gewoon te gaan doen. Het klikte tussen zijn vader en mij en bij het weggaan glimlachte zijn zoon naar me. Ik pakte zijn hand en zei “ik zie je snel weer”. Hij lachte.
Ik heb er zin in!