Recent schreef ik over de verhuizing van Karel en de impact hiervan op hem, maar ook op zijn gezin, dat in de provincie Utrecht achterblijft.
Gisteren was ik voor het eerst na de verhuizing bij hem. Een aantal van jullie, die mijn blogs lezen, ‘kennen’ Karel al een beetje.
Een kleine 25 jaar geleden kreeg hij de diagnose Myotone Dystrofie, een progressieve spierziekte. Vier jaar lang kwam ik elke donderdag bij hem en hielp hem met zijn algemene dagelijkse levensverrichtingen en hield hem gezelschap. Daarnaast deed ik huishoudelijke- en DIY klusjes. Karel of zijn vrouw vertelde mij dan wat er moest gebeuren en ik voerde het uit.
Op de dag van de verhuizing kreeg ik een kaart en een cadeautje als dank voor m’n trouwe dienst. Normaliter schrijf ik niet zo over complimenten die ik krijg, maar dit compliment vond ik heel bijzonder en fijn om te ontvangen.
Gisteren was ik dus in Drenthe. Karel had vanaf 11 uur een aantal onderzoeken in het vrij nieuwe Isala ziekenhuis in Meppel. Ik ben vanaf huis eerst daar heen gereden en wachtte bij de ingang tot hij met de taxibus arriveerde.
In het ziekenhuis hielp ik hem zodat hij op de onderzoektafel kon liggen en bij het uit- en aankleden. Ik weet precies hoe het voor hem het meest comfortabel is. Beide onderzoeken waren ‘on time in full’. Karel moest voor het onderzoek een volle blaas hebben, dus na de onderzoeken moest hij nodig naar het toilet.
Ik had een ♿️ toilet gezien bij de ingang. Een mooie ruime toilet met beugels en aan alle kanten trektouwtjes, die met het alarm verbonden waren. De toiletpot is echter ontzettend laag en niet geschikt voor iets langere mensen, die hun armen niet goed kunnen gebruiken. Net voordat ik wilde vragen of ik hem kon assisteren, plofte hij 15 centimeter omlaag op de pot. ‘Ben je van de pot gepl..rd’ was in dit geval precies andersom. Het ging gelukkig goed, maar echt comfortabel was het niet.
Na de toiletgang gingen we proberen om hem weer op zijn benen te krijgen. Dit is lastig omdat hij maar een heel klein beetje op zijn armen kan steunen. Hij heeft normaliter twee mensen nodig om hem vanuit een lage zitpositie te helpen staan.
“Wil je mijn rolstoel dichterbij zetten, zodat ik kan proberen om de leuning te gebruiken om te gaan staan?” Tja, ik heb geen ervaring met het rijden in een elektrische rolstoel. Eén keer op het zwarte knopje drukken en twee keer op de groene, of was het andersom? Ik reed een beetje stuntelig. Ook was ik bang dat ik over zijn tenen zou rijden. Hij heeft dat ooit per ongeluk bij mij gedaan en dat resulteerde in een gekneusde teen. “Gewoon een wijde bocht maken en dan insturen”. In theorie een goed idee, ware het niet dat er een trektouwtje achter de voetensteun bleef hangen. Ik trok de hele stekkerdoos van het alarmsysteem uit de muur. Het alarm begon te loeien. Oeps… De kabels zaten nog wel vast. Ik gauw naar buiten naar de receptie. Een beveiliger kwam er aan en ik legde uit wat er gebeurd was. Hij drukte op het knopje om het alarm uit te zetten, maar dat ging niet echt lekker. Het bleef loeien. Karel zat nog steeds op de toiletpot, want het was niet gelukt om te gaan staan.
Ik ging assistentie halen en werd vervolgens van de één naar de ander gestuurd en weer terug. Uiteindelijk had ik een lieve gastvrouw zo ver gekregen dat ze mij assisteerde. Karel vertelde ons hoe we hem het beste konden helpen. Na een minuut stond hij en zei ik dat ik het verder alleen af kon. Hupsakee broek aan en Karel kon in z’n rolstoel zitten. Een invalide toilet is dus niet geschikt voor iedereen en dat is heel vervelend. Thuis had Karel een toiletlift met een geautomatiseerde ‘wasstraat’. Deze staat inmiddels in Drenthe. Na het avontuur hebben we geluncht in het restaurant van het ziekenhuis. De taxibus zou een half uur later komen. Ik hielp Karel met het eten en drinken.
Op weg naar de uitgang zagen we dat een techneut nog steeds bezig was met de stekkerdoos.Ik wenste hem en de beveiliger een fijne dag. Haha. De taxi was gearriveerd en ik reed achter de taxibus aan naar zijn nieuwe woonadres.
In de gang van de kleinschalige woongemeenschap lag een plasje water. Ik dacht “kom ik maak het even droog anders glijdt er straks een bewoner uit” Ik deed de kastdeur open om te zien waar het water vandaan kwam. Het bleek dat één aansluiting van de vloerverwarming flinkt lekte. Beter om even de eigenaresse, zo bleek later, er bij te halen. Zij draaide aan de knop om het water te stoppen. De knop van de thermostaatknop brak helaas af. Nu spoot het water er uit. Ik drukte met de kapotte knop op het pinnetje zodat er geen water meer uit kwam. Zij begon te dweilen en haar man kwam ook kijken. “Heb je een lijmklem?” vroeg ik. “Wat is dat?” was hun antwoord bijna in koor. In het kleine gereedschap setje zat niks bruikbaars. “O wacht ik heb een waterpomptang in m’n auto liggen. Houd jij het pinnetje ingedrukt?”. Helaas was mijn waterpomptang niet groot genoeg. Op een gegeven moment was het vloerverwarmingssysteem leeg. Iemand van de servicedienst kwam al gauw om een nieuwe knop te bevestigen.
Lang verhaal om twee kleine gebeurtenissen te omschrijven. We hebben er in ieder geval flink veel lol om gehad. Daarna hebben we nog een tijd gepraat en nog een beetje lol gemaakt. Ook heb ik de eigenaresse bijgepraat over het ziekenhuis bezoek.
Tegen half vijf reed ik weer naar huis. Na zo’n anderhalf uur was ik thuis. Het was een goede dag met een fijne man.